Seksediscriminatie
In de vorige eeuw is veel gedaan aan de rechten van vrouwen, van de toekenning van vrouwenkiesrecht aan het begin de eeuw tot de tweede feministische golf in de jaren 60 en 70. Daarna kwam wetgeving om gelijke behandeling van mannen en vrouwen op de arbeidsmarkt te bewerkstellingen, waarbij de Commissie Gelijke Behandeling werd ingesteld om deze te handhaven. Achterstelling van vrouwen komt anno 2016 echter nog steeds voor. Mannen en vrouwen hebben verschillende rechten, blijken bepaalde maatregelen ongunstig uit te werken voor vrouwen of hebben vrouwen gewoon een achtergestelde positie.
Naamrecht
Bij het toekennen van een achternaam aan een kind heeft de vader een vetorecht. Een gehuwde vrouw kan zonder toestemming van de echtgenoot hun kind niet haar achternaam geven. Dit onderscheid is in strijd met het VN-Vrouwenverdrag.
Arbeid/sociale zekerheid / pensioenen
De arbeidsparticipatie van vrouwen was in 2002 67%, bij de mannen bedroeg dit percentage 85%. Van deze vrouwen werkt 72% in deeltijd tegenover 21% van de mannen. Vrouwen werken in meerderheid in de sectoren gezondheidszorg, sociale diensten, onderwijs, overheid en detailhandel, terwijl een onevenredig groot aantal mannen in technische beroepen, als financiele specialisten en in managementsfuncties werkzaam is. Mannen zijn tweemaal zo vaak in managementsfuncties vertegenwoordigd dan vrouwen en bekleden driemaal zo vaak leidinggevende topposities. Omdat de meeste huishoudelijke en gezinstaken voor rekening van vrouwen komen beperkt dat hun kansen op werk dat vergelijkbaar is met het gemiddeldesoort werk van mannen. Beloningsverschillen tussen mannen en vrouwen zijn deels toe te schrijven aan verschillen in achtergrond, opleiding en sector. Wanneer deze achtergrondskenmerken worden gecorrigeerd bleek dan in 1997 vrouwen 7% minder verdienden dan hun mannelijke collega’s.
Besluitvorming
In de politiek schommelt het percentage vrouwen tussen de 22% in gemeenteraden en 36% in de Tweede Kamer. Bij het openbaar bestuur komt het aandeel vrouwen vaak niet boven de 10%.
Directe en indirecte discriminatie
Voorbeelden uit het dagelijks leven zijn het feit dat vrouwen hun naam niet eerst op gezamenlijke rekeningen mogen vermelden,vrouwen moeten in tegenstelling tot mannen met dezelfde kredietwaardigheid regelmatig iemand tot borg stellen bij het afsluiten van een lening, seksuele intimidatie door huisbazen, zwangere vrouwen krijgen geen hypotheek.
College voor de rechten van de mens
Het College beoordeelt klachten over discriminatie naar geslacht. Zaken die hierbij aan de orde komen zijn: Gelijke loon, inschaling, lagere functie ivm zwangerschap, het maken van vrouwonvriendelijke opmerkingen tijdens een sollicitatie en verschillen bij pensioenopbouw.
VN Vrouwenverdrag
In 1980 ondertekende Nederland het VN Vrouwenverdrag, maar werd pas in 1991 geratificeerd. Reden voor de VN om een dergelijk Verdrag op te stellen was de hardnekkigheid van de maatschappelijke ongelijkheid tussen mannen en vrouwen. Heersende opvattingen over de positie van mannen en vrouwen houden dit in stand. Nu zijn mannen en vrouwen verschillend, maar deze verschillen mogen er niet toe leiden dat vrouwen achtergesteld worden. Deze achterstelling staat de ontwikkeling en deelname aan het politieke, sociale, economische en culturele leven in de weg. Wanneer de samenleving onvoldoende gebruik maakt van de bijdrage die vrouwen kunnen leveren, wordt de ontwikkeling van de hele samenleving belemmerd. Naast discriminatie, worden geweld tegen vrouwen en seksuele intimidatie genoemd, omdat ook dit gedragingen zijn die vrouwen beperken in de rechten die ze hebben.